4 mei 2021
De situatie
De werkdruk in het primair onderwijs is te hoog, waardoor leerkrachten onvoldoende toekomen aan het geven en ontwikkelen van onderwijs.
Leraren in het basisonderwijs werken vaker dan in andere (onderwijs)sectoren soms of regelmatig over (84,7% in het po versus 72,5% in het overige onderwijs en 70,8% in andere sectoren). Gemiddeld gaat het om 4,3 uur per week. Ook hun werkdruk is hoger en ze vinden het werk emotioneel meer belastend dan collega’s in andere (onderwijs)sectoren.
Vergeleken met hun collega’s in andere landen is het plaatje al niet veel rooskleuriger. Nederlandse basisschoolleraren blijken kampioen in administratie: ze besteden hieraan bijna twee keer zoveel tijd als hun buitenlandse collega’s in andere Europese landen (4,3 versus 2,6 uur per week). Ze geven meer lesuren (gemiddeld 25,4 versus 23,7 uur), maar steken minder tijd in de lesvoorbereiding (5 versus 6,6 uur) en nakijkwerk (3,6 versus 4,0 uur).
(Bron – Bea Ros, 2021)
Dit moet volgens De Onderwijsraad worden opgelost door (a) de werkzaamheden slim te verdelen tussen leerkrachten onderling en andere krachten die in de school werken en (b) prioriteiten te stellen op basis van visie en doelen.
Dit vinden wij in principe een goed advies …
Werkdrukverlaging moet een speerpunt worden in het onderwijsbeleid: het onderwijs is de sector met de meeste burn-outs, veel leerkrachten verlaten vroegtijdig het beroep en de instroom van nieuwe leerkrachten is al heel lang onvoldoende.
Werkdrukverlaging is inderdaad een gezamenlijke verantwoordelijkheid van leraren, schoolleiders en schoolbestuurders, ondersteund door de overheid die verantwoordelijk is voor het creëren van de juiste randvoorwaarden.
Het is ook goed om schoolorganisaties aan te sporen prioriteiten te stellen op basis van visie en doelen.
Differentiatie in de werkzaamheden van leerkrachten en het aanstellen van speciale vakleerkrachten voor gym, muziek, Engels of handenarbeid kan de werkdruk is eveneens een goed advies. Dit verlaagt de werkdruk zodat de leerkrachten zich beter kunnen concentreren op het kerncurriculum. Bovendien brengen vakleerkrachten door hun speciale expertises extra kwaliteiten in het onderwijs.
Maar …
Werkdrukverlaging moet volgens De Onderwijsraad op een groot aantal scholen tot stand worden gebracht door meer leerkrachten aan te trekken, maar waar haal je bij de huidige grote tekorten goed opgeleide leerkrachten vandaan?
Helaas wordt In het rapport nauwelijks besproken op welke zaken het basisonderwijs zich zou moeten toeleggen. Focus op de kern, maar wat is die kern? Wat is echt nodig en wat niet? Het advies geeft leraren en schoolleiders hiervoor weinig houvast. Het rapport had in dit verband kunnen verwijzen naar good practices van bij naam genoemde scholen.
Als de dagelijkse continuïteit van het onderwijs niet is gewaarborgd, komt dit de kwaliteit niet ten goede. Aparte leerkrachten voor rekenen, taal en de zaakvakken vormen juist een bedreiging voor die continuïteit. Bovendien zal dit de werkdruk niet verlagen, maar eerder verhogen: de overdracht aan een duo-leerkracht betekent al extra werk, laat staan als er meer leerkrachten of assistenten in het onderwijsproces van een klas worden betrokken.
Leerkrachten zouden volgens het rapport minder uren les moeten geven, omdat dit het verzorgen van goed onderwijs ten goede zou komen. Leerkrachten geven zelf aan dat niet het lesgeven de boosdoener is, maar de administratieve rompslomp in combinatie met bijkomende niet-lesgevende taken. Zorg ervoor dat leraren zich op hun kerntaken kunnen focussen en zorg voor een betere ondersteuning die ook de administratieve lasten verlicht.
Een belangrijke omissie in het rapport is de gemiddelde groepsgrootte. Als die boven circa 25 leerlingen uitkomt, is de werkdruk per definitie te hoog.
Ons standpunt
Ondersteuning van de leerkracht door conciërges, schoonmakers, onderwijsassistenten, lerarenondersteuners en administratief medewerkers is nodig, maar leidt niet automatisch tot werkdrukverlaging. Ondersteuners zijn immers voor hun werkzaamheden afhankelijk van de input van de leerkracht. Elke nieuwe functie creëert bovendien nieuwe werkzaamheden en overlegstructuren. Alleen als de functies echt ondersteunend zijn, kan het takenpakket van de leerkracht worden verlicht. Kleinere klassen, betere ondersteuning zowel in de klas als schoolbreed, focus op het kerncurriculum en een halvering van de administratieve rompslomp scheppen de randvoorwaarden voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs en werkplezier. Hoe meer leerkrachten onder niet al te hoge druk met plezier én succes hun werk kunnen doen, hoe aantrekkelijker het leraarsberoep wordt.
Referenties
Tijd voor focus | Advies | Onderwijsraad Ros, B. (2021). Onderwijsraad: verlaag werkdruk met meer focus en meer geld. Didactief, 25 maart 2021. https://didactiefonline.nl/artikel/onderwijsraad-verlaag-werkdruk-met-meer-focus-en-meer-geld
Het Red Team Onderwijs – Sarah Bergsen (schoolleider bo), Anna Bosman (hoogleraar pedagogiek en lerarenopleider), Sezgin Cihangir (directeur Nederlands Mathematisch Instituut), Jan Drentje (schoolleider, leraar, wetenschapper), Ton van Haperen (docent vo, lerarenopleider), Paul Kirschner (emeritus-hoogleraar onderwijspsychologie), Jaap Scheerens (emeritus-hoogleraar onderwijsorganisatie en -management), Gert Verbrugghen (docent Engels vmbo), Gerard Verhoef (wiskundedocent, bestuurslid BON), Theo Witte vz (vakdidacticus en lerarenopleider).
One thought on “Gele kaart voor ‘Tijd voor Focus’”
Comments are closed.